Het ruimteschip is geland op Aarde en de buitenaardse wezens nemen monsters van de Aardse vegetatie mee. Helaas zijn ze genoodzaakt voortijdig te vertrekken, omdat een groep mensen ze op het spoor is. Eén van de buitenaardse wezens is niet in staat om op tijd terug te zijn bij het ruimteschip en verstopt zich in een schuurtje, waar hij gevonden wordt door een jongen. Hij vertelt het zijn zusje en zijn oudere broer, maar verder wil hij niet dat iemand het te weten komt, uit angst dat de officiële instanties het wezen willen opensnijden om te onderzoeken.