Na een aanslag op zijn ouders wordt de baby Harry Potter achtergelaten bij zijn enige familie, zijn oom en tante. 11 jaar lang leeft hij als verschoppeling in de kast onder de trap, totdat hij een toelatingsbrief krijgt van een hogeschool in tovenarij. Zijn oom en tante blijken al die jaren verzwegen te hebben dat hij een volbloed tovenaar is en een reus komt hem nu halen voor het eerste jaar van zijn zevenjarige opleiding. Het wordt extra moeilijk voor hem omdat zijn naam bekend is in de hele tovenaarswereld als de jongen die een aanval van de duisterste magiër overleefde. Gelukkig krijgt hij 2 goede vrienden op school en blijkt hij een ster in het vliegen op een bezemsteel.